terug naar vorig scherm

Kanunnik Adolf Juliaan Duclos
pastoor van Pervijze 1889 - 1897


E. H. Duclos is in de reeks priesters van Pervijze wellicht de meest markante figuur geweest. Daarom een korte levensbeschrijving en een beschrijving van wat hij betekende voor Pervijze.

Adolf Juliaan werd geboren te Brugge op 31 augustus 1841 als zoon van Desideer Duclos (° Veurne) en Hortense Bogaert (° Brugge). Na zijn humaniorastudies in het Sint Lodewijkscollege te Brugge, trad hij in oktober 1860 in het Klein Seminarie te Roeselare. Het volgend jaar ging hij naar het Groot Seminarie te Brugge waar hij kennis maakte met Guido Gezelle en een goede vriend van hem werd. In 1865 werd hij priester gewijd en tot leraar benoemd aan de Normaalschool te Torhout. Lang bleef hij er niet want reeds in 1868 werd hij tot bewaarder der relikwiën en ondersecretaris van het Bisdom benoemd. Deze bediening bleef hij uitoefenen tot zijn benoeming als pastoor van Pervijze op 25 november 1889.

Op 11 december werd E. H. Duclos ingehuldigd door deken Meersseman van Veurne. Zijn verwijdering uit het bisdom en deze benoeming was voor velen een verrassing die verwondering baarde. Wat mocht daaronder schuilen ? Karakterzaak zeggen sommigen. Wat er van zij, Duclos zou in zijn nieuwe bediening het beste van zichzelf blijven geven. Naast de gewone zielezorg van zijn parochianen stelde hij verschillende godvruchtige boekjes samen. Zo leerde hij de Pervijzenaren Sint Niklaas en Sinte Catharina beter kennen. Maar hij had ook interesse voor de geschiedenis en de kunst van zijn nieuwe streek. Zijn talrijke aantekeningen publiceerde hij in “Van Hier en Elders” of anders in het laatste deel van “Rond den Heerd”. Vooral hij verzamelde ontelbare gegevens over het verleden van Pervijze die hij liet verschijnen in een 100-tal bladzijden van diezelfde jaargang van “Rond den Heerd”. Dit werk droeg als titel “De Fransche omwenteling in Veurne-Ambacht en bijzonderlijk te Pervijze” (Rond den Heerd, deel XXV, blzn 249 tot 333)) en vormde voor mij persoonlijk de start van mijn opzoekingen omtrent Pervijze.

Naast de kundige geschiedschrijver was Duclos voor Pervijze ook de man die de oude kerk liet herstellen en vergroten. Bij zijn benoeming vond hij te Pervijze de kerk van 1641-1642 waarbij men in 1852 een beuk had gebouwd. In 1892 begon hij aan de herstelling en vergroting. Ten noorden werd een derde beuk bijgevoegd samen met een koor en een sacristie. De zuidbeuk werd uitgebouwd over de plaats waar vroeger de toren stond die gebouwd was geweest in 1638. Een nieuwe toren voor de middenbeuk en een doopkapel werden bijgezet. De kerk was volledig afgewerkt en gemeubeld tegen de kermis van 1894 en op kermismaandag 3 september werd ze plechtig geopend in aanwezigheid van Baron Ruzette. Terzelfdertijd werd ook het nieuwe gemeentehuis ingehuldigd dat eveneens was opgetrokken onder de kundige leiding van E. H. Duclos.

Die enkele inzegening kon voor E. H. Duclos niet volstaan en hij bekwam dat aan zijn kerk de grote kerkwijding, de consecratie, werd gegeven. Dit gebeurde op kermismaandag 7 september 1896. Ondertussen had hij ook bekomen dat de oude kerk van Sint Catharina op het kastanjeplein werd afgeschaft. De titel van Sint Catharina werd gevoegd bij deze van Sint Niklaas zodat de kerk van Pervijze vanaf dan twee patroonheiligen had. De kerk op het kastanjeplein werd in 1895 afgebroken.

Ook het Davidsfonds had in die periode veel te danken aan de ijverige pastoor. Toen hij te Pervijze aankwam, was er geen afdeling, maar waren een 12-tal leden ingeschreven te Nieuwpoort. Deze kern was voor E. H. Duclos voldoende en geholpen door Remi Ducheyne, hoofdonderwijzer, stichtte hij in januari 1895 zelf een afdeling. Duclos werd voorzitter en reeds in de eerste maanden van haar bestaan werden twee feesten georganiseerd, op 27 januari en 14 februari. In het eerste jaar kwamen ze aan 40 leden en in de winter van 1895-1896 richtte hij een volksbibliotheek op die druk werd bezocht. Het volgende jaar werden nog leden gewonnen, maar de tijd voor gaan was aangebroken.

In 1897 werd hij benoemd tot pastoor van Sint Jacobs te Ieper. E. H. Victor Coornaert werd zijn opvolger in onze gemeente. In 1903 ging E. H. Duclos weer naar Brugge. Maar hij bleef zich interesseren voor Pervijze en zo werd hij gecontacteerd voor de heropbouw van onze kerk na de oorlog. De heropbouw gebeurde getrouw volgens zijn aanduidingen. Bij de inhuldiging van de kerk in 1924 was hij ook uitgenodigd alhoewel hij reeds ziekelijk was. Op vrijdag 6 maart 1925 overleed deze zeer verdienstelijke man te Brugge.