Op 1 augustus 1914 werd hij opnieuw ingelijfd en ingedeeld bij het 23° Linie waar hij bij zal blijven tot 15 januari 1917.
Vanaf het begin van de oorlog werd zijn eenheid in de strijd geworpen en streed hij achtereenvolgens te Sint Margriete Houtem, Tienen, Boutersem en na de terugtrekking te Ramskapelle tijdens de IJzerslag.
Na de IJzerslag werden ze ingezet in de verschillende sectoren van de Belgische linies.
Op 15 januari 1917 werd hij overgeplaatst naar het 7° Linie en deed hij verder dienst onder andere in de sectoren van Diksmuide, Kaaskerke, Ramskapelle en Boezinge.
Op 20 mei 1918 werd hij ziek opgenomen in een hospitaal waar hij verpleegd werd tot 31 oktober 1918. Hij nam niet deel aan het bevrijdingsoffensief want tot 12 december 1918 verbleef hij in het Opleidingscentrum voor oud-militairen.
Op 23 september 1919 werd hij gedemobiliseerd.
Behaalde eretekens (klik op de afbeelding voor omschrijving)