Hij kwam in dienst op 28 april 1917 naat hij was goedgekeurd door de recruteringscommissie te Calais.
Vanaf 27 juni 1917 tot 19 september 1917 was hij in opleiding te Eu waarna hij bij zijn eenheid aankwam.
Op 12 juni 1918 ontbrak hij op het appèl en vanaf 15 juni 1918 werd hij beschouwd als deserteur. Op 10 juli 1918 werd hij opgepakt en op 8 augustus 1918 door de krijgsraad veroordeeld tot samengeteld ongeveer 3 maanden militaire gevangenis te Bourbourg.
Op 31 januari 1919 was hij terug bij zijn eenheid en op 28 juni 1919 werd hij ontslagen uit het leger.
Voor zijn opgelopen straf tijdens 1918 kreeg hij in 1921 amnestie en kreeg hij ook zijn frontstrepen en eretekens terug.
Behaalde eretekens (klik op de afbeelding voor omschrijving)